Nora

Woont sinds 1989 in de buurt

Ik voel me thuis op aarde,

thuis in Amsterdam,

thuis in Westerpark.

Op een koude augustusmorgen in 1989 kwam Nora Aamour in Amsterdam aan. Ze was zeventien en vond het maar niks: ‘Ik vond het hier ontzettend stil. De straten waren leeg’. Langzamerhand veroverde ze zich een plek, leerde de taal, begon met vrijwilligerswerk. Nu zou ze niet meer weg willen. Het mooiste plekje? Marokko in het Westerpark.

Nora, wanneer en hoe kwam jij in deze buurt terecht?

Ik ben vanuit Tetouan, Marokko, naar Nederland gekomen. Ik was zeventien. Ik zat drie dagen achter elkaar in de bus en kwam aan op een koude morgen in augustus 1989. Ik reisde met mijn man die al in Amsterdam woonde.

Wat trof je aan?

Alles was anders. Ik vond het ontzettend stil. De straten waren leeg. Ik kom uit een groot gezin en was gewend dat iedereen buiten leefde. Hier was dat niet zo. De Nederlandse taal was voor mij heel moeilijk, het leek in niets op Frans en Engels. Het duurde een jaar of vijf voordat ik er iets van begreep. Beetje bij beetje begon ik er wat van te leren.

Wat deed je toen?

Op een gegeven moment begon ik als vrijwilligster te werken bij buurthuis de Waterval. Ik deed er van alles en liep bijvoorbeeld rond met flyers, sprak iedereen aan en deed dat vooral voor mijzelf. Tot het echt beter ging met de taal. Ik wilde wat voor anderen betekenen, voor vrouwen net als ik, ik leerde hun officieel Arabisch spreken. Omdat ik mezelf de Nederlandse taal meer eigen maakte kon ik ook Nederlandse vrouwen helpen. Hun ging ik ook Arabisch leren.

Hoe was het leven voor jou in deze wijk?

Ik had een klein huisje, één slaapkamer en inmiddels twee kinderen. Heel Westerpark voelde voor mij onveilig.Drugsdealers, junks achter bosjes, mensen met vuurwapens: ik kwam van alles tegen. De gemeente had daar langzamerhand ook oog voor gekregen en ging het een en ander aanpakken en opruimen. Het begon te veranderen.

Nu merk ik al heel lang dat Wes­terparkbewoners trots zijn op hun wijk, dat zij hier willen blijven wonen. Ze zijn vriendelijk, iedereen kent elkaar. Er wonen veel eenvoudige vrouwen die als één grote familie samenleven. Ik ben er trots op dat mijn inmiddels grote zoon die in Bos en Lommer woont zegt: ‘Mama ik wil terug naar Westerpark’.

Is jouw leven hier erg veranderd?

Jazeker. Met Darifa heb ik Stichting Samen Vrouwen Sterk opgericht. Ik had haar leren kennen op de lagere school van onze kinderen. We hebben dezelfde achtergrond en hetzelfde gevoel voor wat je kunt betekenen voor de ander. Van het buurthuis dat moest bezuinigen verhuisden we naar het Huis van de Buurt in de Koperen Knoop. We hebben ook nog een tijdje een ruimte gekregen in de Nassaukerk. Darifa en ik namen een bestaande groep over met het doel vrouwen te helpen. Er hing een sfeer van: ‘Er zijn hier geen problemen’, maar wij gingen gewoon overal kijken en zagen wat er nodig was.

Via workshops probeerden we in aanmerking te komen voor fondsen. We kregen dat voor elkaar. Wij kregen middelen om meer te doen: vrouwen leren fietsen, naaien, beter Nederlands spreken, formulieren invullen enzovoort. Allerlei problemen kwamen aan de orde waarvoor wij oplossingen zochten. Denk bijvoorbeeld aan huiselijk geweld of eenzaamheid. Er was hier zogenaamd geen probleem, maar doordat wij allerlei activiteiten aanboden kwamen vanzelf ook onderliggende problemen bovendrijven.

Zo ben ik altijd bezig.

Kloppen bij jullie alleen Marokkaanse vrouwen aan of ook anderen?

Allerlei nationaliteiten komen hier, ze komen overal vandaan, oud en jong. De taal beter leren spreken staat nog steeds bovenaan, maar ook goed voor jezelf zorgen, jezelf ontdekken. Ouderen komen hier ook op het inloopspreekuur. Wat ik zelf heb ervaren wil ik doorgeven aan anderen.

Weet je hoe je aan die sociale instelling gekomen bent?

Voor mij zijn mensen allemaal gelijk, van welke religie ook. Ik maak geen enkel onderscheid. Ik denk nu aan mijn vader die heel sociaal was. Hij hielp iedereen die iets nodig had. Alles wat ik doe komt uit mijn hart. Ik denk dat iedereen een sleutel heeft. De een maakt grapjes, de ander spreekt mensen aan op een eigen serieuze manier.

Wat is jouw sleutel?

Ik ben op aarde om mensen te helpen, om goede dingen te creëren. Daar word ik blij van.

Om verder te komen in mijn werk heb ik MBO 3 Maatschappelijke Zorg gevolgd. Ik was de beste van de groep. Maar schrijven was voor mij moeilijk. Ik bracht op school de casussen aan omdat zij die niet beschikbaar hadden. In ruil hiervoor hielpen zij mij met de taal.

Spreekbeurten houden vond ik moeilijk, maar ik redde het vooral door mijn motivatie.

Is je netwerk in de loop van de jaren veranderd?

Eigenlijk niet zo. De kinderen zijn groter, de vrouwen zijn meegegroeid. Ik ken hun verhalen. Het gevoel is hetzelfde, maar het is hier mooier geworden. Alles gaat beter. Ik maak eerst een gezellig praatje voordat ik verder de winkel in ga om boodschappen te doen.

Ik spreek mensen gewoon aan. Ik heb geen afstand tot ze. Ja, anderhalve meter nu. Ik voel me thuis op aarde.

Vooral in Amsterdam?

Ja, heel erg. Ik voel dat niet zo bijvoorbeeld in Parijs of in Duitsland.

Heb je veel contact met je buren?

Buren om mij heen zijn wel vaak gegaan en gekomen. Ik heb nog één buurvrouw die mij heel goed kent en die mij onlangs vroeg: ‘Hoe kan ik jou helpen?’ Door corona zijn we wat achter geraakt soms. Nu maken we individueel afspraken met mensen. Ik breng haar dan in contact met iemand die haar hulp goed kan gebruiken.

Waarom is deze buurt voor jou belangrijk? Kun je die vergelijken met andere buurten?

Nee, niet zo goed. Westerpark is voor mij wel het belangrijkst. Er is een mooie combinatie van mensen. Het is niet zwart, het is niet wit. Dit is mijn leven. Alles is hier.

Wij zijn zo blij met het park. Als je daar aankomt heb je het gevoel dat je een eind hebt gereisd. Elke woensdag wandelen we met een groep vrouwen richting begraafplaats Sint Barbara. Wat een prachtige plek. Onder het viaduct gaan we schreeuwen als therapie. Er zijn natuurlijk vaak mensen met psychische klachten bij. Schreeuw maar.

Je hebt me verteld waar je blij van wordt: als je iets voor een ander kunt betekenen. Waar word je juist verdrietig van?

Als iemand racistisch is. Ik ken trouwens maar één zo iemand. Het was een jaar of drie geleden. Een man die vrouwen sloeg die een hoofddoek dragen. We hebben aangifte gedaan en erover gepraat. Het was niet leuk, maar ook hier zie ik: als je met liefde de zaken aanpakt zie je alleen maar goede dingen gebeuren. Als mensen moeilijk gedrag vertonen weet ik dat er een verhaal achter zit. Ik denk daaraan en ga niet aan mijzelf twijfelen.

Nog één laatste vraag: heb jij hier een lievelingsplek?

Ja, de Jacob Catskade waar ik aan de gracht bij de brug woon. Dat is een lievelingsplek.

Maar er is er ook een in het nieuwe gedeelte van het Westerpark. Daar waar het lichter en leuker is dan in het donkere oude gedeelte. Dat komt misschien omdat in dat oude gedeelte sombere herinneringen liggen van mijn eerste tijd hier, toen ik geen contacten had, geen vriendinnen. In dat nieuwe deel is een bijzondere en prachtige plek. Een grote open plek met veel gras langs het water. Er staan allemaal stenen tafels en banken. Als wij daar naartoe gaan dan genieten we volop, we genieten en zingen, alsof we thuis zijn. We konden dit jaar niet naar Marokko vanwege corona. Daarom noemen we die plek in het Westerpark Marokko.

Tekst | Gerrie Willemsen

Beeld | Peter Valckx

Reacties zijn gesloten.